18 september 2020 | Nieuwsitems

Prinsjesdag 2020; belastingplan 2021

Hieronder geven wij een korte samenvatting van enkele punten besproken op Prinsjesdag 2020. Er zijn geen grote stelselwijzigingen en verrassingen aangekondigd. Er is nog niets definitief; alles moet nog door de Kamer worden goedgekeurd.

Overdrachtsbelasting
Vanaf januari 2021 hoeven starters (mensen tussen de 18 en 35 jaar) geen overdrachtsbelasting meer te betalen mits ze daadwerkelijk een woning kopen, de vrijstelling niet eerder hebben ontvangen en ook zelf in de woning gaan wonen (hoofdverblijfcriterium). Indien 1 van de kopers 35 jaar of ouder is, betaalt men wel 2% overdrachtsbelasting over het deel van de woning waar men de eigenaar van is.
Beleggers in vastgoed gaan aanzienlijk meer overdrachtsbelasting betalen, wel 8%.

Wkr
Sinds januari 2020 bedraagt de vrije ruimte per werkgever 1,7% van de fiscale loonsom tot en met € 400.000,00. Boven dit bedrag (het restant van de loonsom) is de vrije ruimte 1,2%. Per 1 januari 2021 wordt het percentage van 1,2% verlaagd naar 1,18%.
In het Besluit noodmaatregelen coronacrisis is – vooruitlopend op de wetswijziging – goedgekeurd dat voor het jaar 2020 wordt uitgegaan van een vrije ruimte van 3% voor de eerste € 400.000,00 van de fiscale loonsom. Dit biedt mogelijkheden aan werkgevers die daar de financiële ruimte voor hebben hun werknemers in de moeilijke coronatijd extra tegemoet te komen.

Box 3
Vanaf 2021 gaat het heffingsvrije vermogen in box 3 omhoog van € 30.846,00 naar € 50.000,00. Het tarief in box 3 gaat omhoog van 30% naar 31% belasting.
De nieuwe schijfgrenzen gaan niet voor de toeslag gelden en ook niet voor eigen bijdrage Wlz. Daarom moet vermogen boven de € 30.000,00 straks wel verplicht op de aangifte worden aangegeven.

Zelfstandige aftrek verder omlaag
Als je voldoet aan het urencriterium van 1225 uur per kalenderjaar, mag je de winst van je bedrijf verminderen met de ondernemersaftrek. Je verlaagt daarmee je winst voor de belasting. Sinds 2020 wordt de zelfstandigenaftrek al elk jaar met € 250,00 verlaagd met de bedoeling om het verschil tussen werknemer en ondernemer te verlagen.
Vanaf 2021 komt naast de € 250,00 een extra verlaging bij van € 110,00. De zelfstandigenaftrek bedraagt in 2021 dan nog € 6.670,00 en wordt afgebouwd tot € 3.240,00 in 2036.

Baangerelateerde investeringskorting (BIK)
De BIK is aangekondigd, maar nog niet uitgewerkt. Deze tijdelijke regeling (korting) moet bedrijven stimuleren om investeringen in bijvoorbeeld nieuwe machines te blijven doen, ook in deze crisistijd. Het gaat dan wel om investeringen die werkgelegenheid bieden. Er wordt t.z.t. een specifieke lijst aangemaakt. Bedrijven kunnen deze kosten verrekenen met hun loonheffing.