Box 3 vermogensrendementsheffing - spaartax
Er is nog veel te doen over de zogeheten “spaartax”, de Box 3 vermogensrendementsheffing. Per 2026 zal namelijk het vermogen op basis van het werkelijk rendement belast worden.
In de tussentijd treedt een nieuwe methode in werking. Bij de nieuwe rekenmethode gaat de belastingdienst niet meer uit van een fictieve verdeling van het vermogen, maar juist van de werkelijke verdeling van het vermogen.
Het vermogen wordt verdeeld in 3 groepen: spaargeld, overige bezittingen en schulden. Onder overige bezittingen vallen alle bezittingen behalve het spaargeld.
In de belastingaangifte over 2022 mag men kiezen tussen de oude of de nieuwe methode. In de aangifte worden beide manieren uitgerekend, waarna gekozen wordt voor de methode met de laagste belasting. Het berekenen en kiezen gebeurt automatisch.
Vanaf 2023 wordt alleen gerekend met de nieuwe methode. De situatie en verdeling van het vermogen per 1 januari 2023 is dan ook een belangrijk item om grondig te onderzoeken.
In de tussentijd is een aantal grote organisaties waaronder de bond van belastingbetalers, de consumentenbond en het NOAB een nieuwe bezwaar proefprocedure gestart vanuit enkele belastingbetalers.
Met de staatssecretaris is het volgende afgesproken:
- indien de rechter de aanklagers in het gelijk stelt dan geldt deze uitspraak voor iedere belastingbetaler van Box 3
- indien de rechter de aanklagers niet in het gelijk stelt dan is ook dat voor een ieder bindend